Het is een primeur. Nooit eerder kreeg een zittend college van B&W in onze gemeente te maken met een zogenoemd interpellatiedebat. GroenLinks Lochem gaat - bij de komende raadsvergadering op 8 december - het college bevragen over hun medewerking aan de vergunningverlening voor het rubberrecyclingbedrijf Doornberg in het buitengebied van Almen. 

Sinds het voorjaar van 2013 is Doornberg gevestigd aan de Scheggertdijk in Almen. De locatie bevindt zich midden in een gebied dat door de provincie aangewezen is als waardevol natuurlandschap en onderdeel is van de Ecologische Hoofdstructuur. Tot eind 2007 was op het terrein het verontreinigende Topwood gevestigd. Het voormalige houtopslag- en transportbedrijf was voor de gemeente en de omwonenden lange tijd een hoofdpijndossier. Na het vertrek van Topwood heeft de toenmalig verantwoordelijke wethouder Jan Kottelenberg in het openbaar gezegd: “Dit nooit meer!”

Toch is het huidig college van B&W voornemens om aan Doornberg vergunning te verlenen. Terwijl dit bedrijf aangeeft dat zij in de toekomst rubberbanden gaat ‘shredderen’. Een activiteit met een veel hogere belasting voor omwonenden en de omgeving dan de activiteiten van het vroegere Topwood. GroenLinks heeft om het interpellatiedebat gevraagd omdat de fractie de gemaakte belangenafweging - ten gunste van het bedrijf en ten nadele van de omwonenden - niet begrijpt. Waarom kiest het college niet voor rust in het buitengebied en voor de belangen van de eigen Almense inwoners? Een bedrijf als Doornberg past prima op een grootschalig bedrijventerrein elders in de gemeente.

Tonnie Tekelenburg.